Jakob Lorber:

Van de hel tot de hemel

Geb. 500 blz., Uitg. Schors - Amsterdam,

Deel 1 - ISBN 978 90 6556 095 7,  Deel 2 - ISBN 978 90 6556 114 5

Dit tweedelige Van de hel tot de hemelwerk beschrijft de geestelijke ontwikkeling van de vermaarde politiek activist en revolutionair Robert Blum (1804-1848) vanaf het moment van zijn standrechtelijke executie in Wenen door de keizerlijke troepen onder leiding van generaal Windischgratz. 
De indringende en realistische beschrijving van de gebeurtenissen in de geestelijke wereld laat zien dat de mens na zijn overgang aanvankelijk geheel dezelfde mens blijft als hij op aarde was, met dezelfde spraak, opvattingen, gewoonten en hartstochten. 
De verdere ontwikkeling van de ziel is in wezen afhankelijk van de vraag of en op welke wijze de mens het gebod van de liefde tot God en zijn naaste zal realiseren. 

In een van de historische archieven bevindt zich nog de volgende afscheidsbrief die Robert na zijn veroordeling schrijft aan zijn vrouw: 

Mein teures, gutes, liebes Weib, lebe wohl, wohl für die Zeit, die man ewig nennt, die es aber nicht sein wird. Erziehe unsere - jetzt Deine Kinder zu edlen Menschen, dann werden sie ihrem Vater nimmer Schande machen. Unser kleines Vermögen verkaufe mit Hilfe unserer Freunde. Gott und gute Menschen werden Euch ja helfen. Alles, was ich empfinde, rinnt in Tränen dahin, daher nochmals: leb wohl, teures Weib! Betrachte unsere Kinder als teures Vermächtnis, mit dem Du wuchern mußt, und ehre so Deinen treuen Gatten. Leb wohl, leb wohl! Tausend, tausend, die letzten Küsse von Deinem Robert. Morgens 5 Uhr, um 6 Uhr habe ich vollendet. Die Ringe habe ich vergessen, ich drücke Dir den letzten Kuß auf den Trauring. Mein Siegelring ist für Hans, die Uhr für Richard, der Diamantknopf für Ida, die Kette für Alfred als Andenken. Alle sonstigen Andenken verteile Du nach Deinem Ermessen. Man kommt! Leb wohl, wohl!

Terug naar boekenlijst